|
| Infiltrating the hideout ll | |
| Auteur | Bericht |
---|
Satsuji
Ervaring : 305
| Onderwerp: Infiltrating the hideout ll vr jul 06, 2012 8:53 pm | |
| Eindelijk hadden ze hun bestemming bereikt. Het had hun lang geduurd, ze waren helemaal vanuit de Snow Country gekomen. De twee mensen hadden elkaar maar net ontmoet, maar toch hadden ze besloten een missie samen te doen. Of het een goed idee was wist Satsuji zelf niet eens. Zou hij haar wel kunnen vertrouwen? Er was een grote kans da ze na de missie er zelf vandoor ging met het geld. Hij had het geld echt nodig, dus hij moest dit voorkomen. Veel informatie was er niet over de mensen. Er was de naam van de persoon die het had gestolen, een Outlaw. Niet al te bekend, maar volgens de beschrijving toch heel erg gevaarlijk. Daarom kregen ze er zo veel geld voor. De laatste keer dat de mensen waren gezien zaten ze in de Suto Beach, ze waren gevlucht richting de Darkness Country. Volgens de geruchten woonde de bandieten in de Dark Woods. Hun missie was het vinden va de dieven, het verslaan van de dieven en daarna het tergstelen van een klein doosje. In het doosje zou een trouwring zitten waar veel geld aan was uitgegeven. Wie lette er nou iet goed op een trouwring? Je was wel heel dom als dat van je gestolen werd. De mensen waren te herkennen aan een teken dat ze daagde op hun shirt. Het teken was een rondje met een streep er doorheen. Alle drie de groepsleden zouden dit hebben op hun kleding. Het zou kunnen dat er meer groepsleden zijn, maar er hadden maar drie aan de overval geholpen. Alle drie de mensen wisten gebruik te maken van een element. Dat was al het informatie dat ze tot nu toe hadden. Normaal zou hij nog opzoek zijn gegaan naar wat extra informatie over de dieven, maar dit keer deed hij het maar niet. Hij kon sowieso niet meer terugkrabbelen als de dieven heel gevaarlijk bleken te zijn. Hij had al aan haar gezegd dat ze de missie samen zouden doen. Als hij nu terugkrabbelde was hij en mietje. Hij wou niet dat ze zo over hem dacht. Dan ging ze weer kinderachtig doen, daar had hij echt geen zin in.
Met zijn hand had hij haar pols beet. Hij had haar de hele weg meegetrokken, hij was de persoon met beide de kaart en het pamflet waar de missie op stond. Zo moest hij de weg wel leiden en moest Ghost hem raag volgen. Veel hadden ze niet gepraat toen ze richting de Dark Woods liepen. Er viel ook niet over veel te praten. Beide personen leken heel andere ideeën te hebben over het leven. Hij wist niet of hij haar wel gelijk kon geven. IN haar ogen was ze al een outlaw, dus kon ze net zo goed iedereen doodde. In zijn ogen was hij wel een outlaw, maar zou hij altijd nog kunnen bewijzen dat hij dit niet as. En als hij dit eenmaal had bewezen zou hij weer terug mogen. Hij zou niet meer terug mogen als hij honderden andere personen had vermoord. Iets simpeler was het gewoon vragen aan de Mizukage of hij terug mocht. Er zou kans zijn dat, als de Mizukage in een gulle bui was, hij hem weer gewoon toeliet. De kans dat dat gebeurde zou veel kleiner zijn als hij honderden mensen had vermoord. Satsuji bleef stil lopen door de Dark Woods. Veel kon je niet zien, toch wist hij elke keer een takje te kunnen ontwijken om geen geluid te maken tijdens het lopen. Het was beter als ze een sneak attack hadden. Dan was het onverwacht als wat en konden ze zonder moeite winnen. Hij had geen zin in een heel gevecht. Dat koste zoveel moeite. Hij wou gewoon zijn geld hebben. Kort stopte Satsuji toen hij iets dacht te horen. ''Hoorde jij dat ook?'' fluisterde hij. Hij draaide zich om en richtte zich richting Ghost die achter hem zou moeten lopen. Hij bleef even stil om te kijken of hij het nog een keer hoorde. Dit gebeurde niet. Zat het allemaal in zijn hoofd?
''Aangezien we denk ik dichtbij zijn vraag ik het nu maar alvast.'' Hij haalde één van zijn twee zwaarden uit zijn schede. ''Ik gebruik twee zwaarden, met twee zwaarden kan ik meer schade aanrichten, maar met een zwaard ben ik een betere zwaardvechter.'' Als hij een op een tegen een zwaardvechter zou moeten vechten zou hij liever een zwaard gebruiken, dan had hij meer kans om te winnen, maar als hij tegen een normaal iemand vocht gebruikte hij er liever twee. Dan kon hij sneller aanvallen en het gevecht sneller beëindigen. ''Ik zal geen aanvallen gebruiken waar jij je zorgen in hoeft te maken. Zijn er nog aanvallen van jou waar ik voor moet oppassen? Ik wil liever niet in een explosie ofzo zitten.'' Straks had ze een aanval die een grote plek oblies en dan stond hij zou in de weg. Het was handig om van te voren al van elkaar te weten wat ze konden. Dan konden ze ook samen werken indien het nodig was. ''En wat is de plan van aanpak? Ik stel voor om hun hideout te zoeken en ze rustig een voor een uit te schakelen, niet doden. En niet zomaar als een maniak aanvallen.'' Dat verpestte het verrassing gedeelte in de verrassingsaanval. Ze leek echt het type dat gewoon aanviel vanaf de ingang van de basis en al viel iedereen haar tegelijkertijd aan maakte het haar niet uit. Dat ze gewoon met brute kracht iedereen op haar pad probeerde te vermoorden. ''Dus niet doden en verrassingsaanval,'' herhaalde hij maar voor de zekerheid. ''Wil jij het op een andere manier doen? Ik sta open voor suggesties.''
:: Ghost :: |
| | | Ghost
Ervaring : 88
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll za jul 07, 2012 7:53 am | |
| Verbaasd keek Ghost naar Satsuji toen deze opeens begon te praten. Ondanks dat ze het zelf niet wilde, keek ze hem heel aandachtig aan en luisterde naar zijn plan. Ja, ze luisterde echt. In plaats van haar eigen plannen op te doeken, stond ze hier te luisteren naar een of ander joch die ze nog maar net kende. Zijn ideeën waren simpel, maar wel goed doordacht. Misschien zou het iets anders zijn dan mensen vermoorden, maar ze vond zijn plan ook wel goed. Een vlaag van misselijkheid ging door zichzelf heen toen ze eraan dacht hoeveel mensen wel niet om het leven gekomen waren dankzij haar. Nee, ze kon het wenden en keren hoe ze het wilde, maar ze had mensen werkelijk vermoord, misschien zelfs wel onschuldige. Ook al zou het op Satstuji overkomen alsof ze het heel normaal vond om iemand te vermoorden, ze voelde zichzelf er altijd slecht over achteraf, maar liet dit nooit aan iemand merken omdat ze niet wilde gezien worden als een of andere schijterd. Ze schudde het weg en keek hem even aan. Ze dacht even na, waarbij een lichte twijfeling door haar blik gleed. Al zou Satsuji het niet gezien hebben, ze wilde dat hij wel op haar kon rekenen. Waarom ze dat wilde, wist ze niet, maar ze moest hem duidelijk maken wat haar krachten waren en waarvoor hij op moest passen. Nu ze hem een beetje beter kende en zijn plannen aanhoorde, die niet heel slecht waren, wou ze hem niet zo graag meer uit haar pad krijgen. Ze deed één stap naar voren, zodat ze bijna met haar schouder tegen de zijne stond en met haar gezicht dichtbij het zijne was. Haar ogen, die aquamarijn van kleur waren, probeerden diep en waarschuwend in zijn ogen te dringen, terwijl ze haar handen op zijn schouders legde.
‘Als we aan het einde van het gevecht raken en ik de kracht van Shadow Stone oproep, maak je dan zo snel mogelijk uit de voeten. Als die mannen werkelijk zo gevaarlijk zijn en een poging tot moord doen, waarbij we onszelf echt niet meer uit kunnen redden, zal ik die kracht gebruiken. Alleen…’ Een flauwe glimlach verspreidde zich rond haar lippen, dat ook even goed als een treurige kon opgevat worden, ook al liet ze die emotie liever buiten. ‘Alleen zullen niet alleen onze tegenstanders gewond raken,’ zei ze, waarna ze de rest van de zin afkapte. Satsuji hoefde niet te weten dat ze haar eigen leven, als het fout ging, er even goed mee kon beëindigen. En aangezien ze niet goed trainde op die techniek, zou het heel gemakkelijk fout kunnen gaan. Het was zo goed als oncontroleerbaar. ‘Verder heb ik nog de techniek Earthquake. Tien keer kan ik deze vaardigheid aanpassen tot een gemiddelde sterkte. Als ik de techniek gebruik, zorg dan dat je voeten een paar momenten van de grond verwijderd zijn.’ Ze wist niet waarom ze hem waarschuwde, maar iets in haar zei dat Satsuji niet iemand was waarop je niet kon rekenen. Hij bleek die missie echt samen willen te gaan doen, nou, dan kon zij zich er voor één keertje ook wel bij neerleggen. ‘Klinkt goed,’ mompelde ze op zijn plan. Brute moorden, zou ze dat na deze missie nog wel doen? Ze schudde haar hoofd. Natuurlijk zou ze dat nog doen! Het was niet dat ze een andere missie deed met iemand die klaarblijkelijk kon vertrouwen, dat ze met haar andere missies zou stoppen. Het was zoals ze gezegd had: als je eenmaal een Outlaw was, maakte het niet meer uit wat je deed, je zat toch al op het slechte pad.
Terwijl Ghost een paar stappen achteruit zetten, om de ruimte tussen hun wat te vergroten, keek ze opzij. ‘Mijn wapens zijn mijn shurikens. Ze zijn ingesteld op zowel…’ Even stopte ze met praten en draaide ze haar hoofd, toen ze zweerde dat ze een geluid hoorde. Het leek wel alsof er iemand dichtbij was. ‘… op mijn linkerhand als op mijn rechterhand. Waarschijnlijk denk je nu dat je met die kleine dingen geen gevaarlijke wapens zoals zwaarden kunt blokken. Wel, watch me, zou ik zeggen,’ zei ze, waarna ze even grijnsde. Ze hoorde echter weer wat en keek om zich heen. Haar blik bleef hangen bij één bepaald punt. Onmiddellijk, zelfs veel te snel om de beweging goed te kunnen zien, greep ze haar shuriken en gooide deze naar de plek toe. Deze kwam echter weer terug. Voordat de shuriken Satsuji zou raken, had ze deze alweer opgevangen. ‘Ik denk dat een van die bende daar al zit,’ zei ze koeltjes tegen Satsuji, waarna ze een paar stappen opzij deed zodat ze zij aan zij stond. Even merkte ze een warmte op die niet van haarzelf afkwam, nou ja, eigenlijk wel, want het verspreidde zich in haar binnenste. Ze slikte even en schudde haar hoofd, waarna ze weer naar de plek keek waar haar shuriken vandaan kwam. ‘Laten we maar gewoon naar hun hideout gaan,’ mompelde ze, waarna ze begon te lopen. Het was dat haar oren het geluid opvingen, anders was ze nu gespietst aan een pijl. Snel was ze achteruit gesprongen toen een pijl uit het niets naar haar toekwam. Ze gromde lichtelijk. ‘Misschien hoeven we ze niet meer te zoeken. Of er zit daar iemand anders die ons die missie wilt belemmeren,’ zei ze tegen Satsuji, waarna ze hem even aankeek. Ze wist zeker dat een korte vlaag van angst in haar ogen te zien was geweest toen ze even aan haar vader dacht terwijl ze naar Satsuji keek, maar de vastberadenheid was er binnen een seconde weer en ze ging klaarstaan.
|
| | | Satsuji
Ervaring : 305
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll za jul 07, 2012 5:22 pm | |
| Uit het niets leek een pijl te verschijnen. Satsuji wou wegduiken maar zag dat dit niet nodig was. De pijl was niet op hem geriht en Ghost was al weggesprongen. ''Ze hebben ons al gevonden.'' Dat was snel. Zo was het veel minder leuk. Nu hadden ze geen verrassingsaanval meer. Kort keek Satsuji naar de grond. Geen draadjes of andere boobytraps. Het was dus echt iemand die de pijl naar hun had geschoten. Het duurde niet lang voordat er weer pijlen op hun werden afgeschoten, dit keer twee achter elkaar. Niemand had iets gezicht over boogschutters. Dus er waren wel eer dan drie mensen. Het waren gewoon drie mensen die hielpen aan de missie en er waren meer leden. Fijn. Nu werd het nog moeilijker om een pakketje terug te halen. Hij had gehoopt dat ze het snel konden afhandelen zodat ze nog voor het donker werd terug zouden zijn. Met zijn zwaard sneed hij beide pijlen door midden, zodat de voorkant te zwaard werd voor de rest en vlak voor de twee op de grond vielen. ''Hou jij ze even bezig. Ik roep wel als ik klaar ben!'' Hij zou omlopen en achter ze verschijnen, dan kon hij ze zonder al te veel moeite uitschakelen. Hiervoor had hij wel iemand nodig die ze bezig hield. Iets wat hij niet zonder Ghost had kunnen doen. Zo snel mogelijk rende Satsuji achter een boom. Welke kant kwamen de pijlen nou vandaan? Als het goed was uit het zuid- westen. Het zou heel dom zijn als hij de verkeerde kant op zou haan. Dan zou Ghost weer irritant doen Hij moest het in een keer goed doen. Het duurde even, een minuut of drie, voordat hij de persoon met de pijl en boog in zicht kreeg. Hmm.. Het was er niet een, het waren er twee. Hopelijk had Ghost alles normaal weten te ontwijken. Als echt twee mensen waren die meerdere pijlen konden schieten was het zelfs voor hem moeilijk en hij had zijn zwaard om het af te weren. Zij had alleen twee shurikens. Wat zou ze daarmee kunnen doen? Niet alleen kon je die dingen niet meer dan een keer gebruiken, maar ook konden ze niet als verdediging gebruikt worden tegen dingen zoals zwaarden. Of ze was gewoon heel er goed in het gebruiken van van haar wapens. Net zoals Dakotah en haar boemerang. Niemand zou verwachten dat een boemerang gevaarlijk was, maar Dakotah kon met de hare levens afnemen zonder enige moeite.
Zo snel mogelijk naderde hij een van de twee personen. Hij kon onopgemerkt achter een van de twee komen. Eentje die net een pijl wou afvuren. Met een krachtige zwaai sloeg Satsuji met de botte kant van zijn zwaard tegen de jongen de hoofd. Iets wat genoeg was om de persoon uit te schakelen. De andere persoon, een vrouw van rond de twintig jaar oud, merkte dit op en begon nu pijlen naar hem te schieten. Fijn. Hij had gewild da ze allebei zo makkelijk gingen als het eerste jochie. Zonder moeite, maar deze vrouw moest hem zo nodig aanvallen. Toen Satsuji te dichtbij kwam gooide de vrouw haar boog opzij en haalde een ander wapen tevoorschijn. Met haar dolk rende ze op Satsuji af. Hiermee probeerde ze hem te steken. Zonder al te veel moeite Zijn blek ging over haar hele lichaam. Waar was het teken van het groepje. Hij ging geen tijd aan de mensen verspillen als ze niet in de bandieten bende aten. Ahah. Daar was het. Getatoeëerd op de borst. Waarom die pek van alle plekken waar ze het kon laten tatoeëren? De vrouw viel voor een tweede keer aan, weer probeerde ze te steken. Satsuji deed een stap opzij zodat de dolk net naast hem schoot. Net zoals hij eerder had gedaan sloeg hij met de achterkant van zijn zwaard tegen het hoofd van de vrouw aan. Die was nu ook bewusteloos. Dat ging makkelijk. Zeker low- ranks. ''Ghoosst!'' riep hij. Hij had zijn zwaard weer teruggestoken in zijn schede. Zijn beide handen had hij om zijn mond gevouwen om een soort van microfoon te maken met zijn handen. ''Ik heb ze al verslagen, je kan tevoorschijn komen. '' Hij wachtte met een domme grijns op zijn gezicht. Zou ze boos worden omdat hij haar zo lang had laten wachten? Eigenlijk deed hij haar wel denken aan Dakotah? Hij en Dakotah hadden ook steeds kleine discussies, maar toch mocht hij haar. Natuurlijk mocht hij Dakotah nog steeds meer, maar dat was zijn kleine nichtje dat perfect was in elk opzicht. In zijn ogen tenminste.
'' We gaan blijkbaar de goeie kant op, ze hebben het teken wat beschreven wordt op het pamflet.'' Hij haalde het pamflet tevoorschijn en wees naar het teken, daarna wees hij naar de borst van de vrouw die bewusteloos op grond lag. Snel vouwde hij het pamflet weer op om het weer in zijn broekzak te zetten. ''Kom, we binden ze vast aan een boom, dan kunnen ze niet achter ons aan komen als ze weer wakker worden.'' Wat voelde hij zich toch slim. Veel mensen deden dit, maar gewoon dat hij het zei. Uit zijn mond. ''Neem jij de vrouw, die veel zwaarder lijkt dan dit jochie hier.'' Vrolijk liep hij naar het jochie toe. Zou ze het goed vinden dat hij haar dingen beval? Eerst had hij haar alleen achter gelaten bij de pijlen en nu zei hij haar wat te doe. Hij had haar nog geen tijd gegevens om boos te worden. Hij pakte het jochie vast bij zijn been en trok hem mee over de vloer. Met een touw die het jochie zelf bij zich had bond hij hem aan een boom vast. Zittend. De boog en alle pijlen brak hij door midden. Hij liep weer terug naar Ghost zodat hij haar met een grijns kon aankijken. ''Dat ging goed! Ze zijn nu nog zwak, hopelijk blijft het zo. En we weten dat we in de buurt komen van hun hideout. Dus, wat gaan we nu doen? Als ze ons al verwachten kunnen we moeilijk een verrassingsaanval hebben.'' Even acht Satsuji na over de laatste zin die hij had gezegd. Het klonk wel heel erg raar. |
| | | Ghost
Ervaring : 88
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll za jul 07, 2012 7:28 pm | |
| Ghost keek verbaasd naar Satsuji toen deze opeens wegliep. Even dacht ze erover na om hem terug te roepen en om haar eigen zin te doen, maar gevoel hield haar daarvoor te veel tegen. Als Satsuji die mensen met die pijlen op ging sporen, dan zou dat alleen maar goed nieuws zijn als hij ze versloeg. Ze zuchtte even en liet haar blik opzij glijden. Ze keek geschrokken om toen een pijl vlak naast haar landde. Geschrokken nam ze haar shurikens uit de rand van haar rok en stak deze beschermend omhoog. Ze wist dat ze, als er nog meer pijlen gingen komen en dan ook nog tegelijk, ze sowieso schade zou oplopen. Ondanks dat ze goed met shurikens kon omgaan, hier eigenlijk wijduit de beste in was van heel haar vroegere Country, zou het onmogelijk zijn om zes pijlen tegelijk tegen te houden met twee shurikens. Nog voordat ze verder kon nadenken, zag ze allemaal pijlen tevoorschijn komen. Ze sprong omhoog en probeerde er een paar door te snijden. De punten van haar shurikens zorgden ervoor dat dit snel en efficiënt gebeurde. Dit ging een tijdje goed, totdat ze geen grip meer had op één pijl. Een snijdende pijn drong door haar arm en kreunend van de pijn viel ze op de grond. Nog een pijl kwam naar haar toe, maar die blokkeerde ze door een soort kruis voor haar gezicht te maken met haar shurikens. De pijlen braken doormidden en vielen naast haar, maar die ene pijl was vast blijven steken in haar vel. Net toen ze die pijl eruit wilde trekken, merkte ze op dat de pijlen gestopt waren met naar haar toe vallen. ‘Mooi werk, Satsuji,’ mompelde ze de woorden die ze nooit in zijn gezicht zou zeggen, waarna ze kreunend naar haar arm keek, die bebloed was.
Het beeld van een pijl dat in haar arm stak was een misselijkmakend beeld, waarvoor Ghost het liefst haar ogen wilde sluiten om het beeld te kunnen negeren. Ze schudde haar hoofd pijnlijk, waarna ze naar de pijl greep. Een klein kreetje rolde over haar lippen toen ze de pijl uit haar vel begon te werken, aangezien de punt er echt helemaal inzat. Nadat ze de pijl verwijderd had, gooide ze deze weg. Verzwakt stond ze op, waarna ze haar shurikens goed beetpakte. Kreunend greep ze naar haar arm, terwijl ze naar het geroep liep. ‘Kun je niet wat zachter zijn? Die sukkels in de hideout moeten niet weten dat wij hier zijn hè,’ mopperde ze boos, maar ook redelijk geïrriteerd. Haar stem was echter te verzwakt om het helemaal boos over te laten komen, maar ze wist zeker dat Satsuji wel begreep wat ze bedoelde. Ze trok haar wenkbrauw nijdig op toen ze gecommandeerd werd, maar knikte zuchtend en begon maar aan het werkje. Ze pakte de vrouw zo goed mogelijk op, maar haar arm stak heel erg. Toen ze opzij keek, moest ze moeite doen om niet over haar nek te gaan. Het vlees was aan beide kanten helemaal doorboord, waardoor het loshing langs haar arm. Het bot was nog net niet te zien, alleen slechts een klein stipje. Kokhalzend keek ze de andere kant op, waarna ze haar hoofd schudde, de pijn negeerde en verderging met het vastbinden van de vrouw. Tot haar ergernis merkte ze op dat Satsuji veel sneller klaar was dan haar. Fijn, daar ging zijzelf af met haar eigen woorden. Nou ja, op dit moment maakte het haar ook echt niets meer uit. Ze keek opzij en dacht even na, de pijn negerend. ‘We klimmen op die trap daar,’ zei ze, met een hoofdknik naar een trap dat leidde naar het dak van het gebouw. ‘En plegen zo’n verrassingaanval.’
Rustig bleef ze even naar de trap kijken. Haar wond begon echter weer te steken, te prikken en te irriteren, waardoor ze er even achteloos naar keek. Er kwam redelijk wat stank vanaf, waardoor ze diep moest ademhalen om niet over te geven. ‘Satsuji,’ mompelde ze zwak, waarna ze hem even aankeek. Diepe schaamte vond plaats in haar binnenste, maar ze probeerde het weg te slikken. ‘Heb jij een doekje of zo wat ik rond mijn arm kan binden?’ Ze probeerde hem niet aan te kijken en voelde hoe meer ze hulp van hem nodig had, hoe meer ze rood werd. Ze wilde verdomme geen hulp van een ander, ze wilde het zelf afhandelen, maar als ze deze missie wilde klaren, dan zou ze toch echt haar arm moeten verbinden. Even keek ze hem recht in zijn ogen aan, terwijl ze aan haar vader dacht. Dit deed ze expres, zodat Satsuji weldegelijk de angst in haar ogen kon zien en zo een stukje van haar echte ik kon zien. Even bleef ze hem zo aankijken, waarna ze wegkeek. ‘Je hebt gelijk,’ mompelde ze daarna, waarna ze beschaamd de andere kant opkeek. Oh, wat haatte ze dit! Ze was in een zwakke positie en de enige die haar kon helpen, was Satsuji. ‘Mensen moorden is ook niet goed. Het enige wat ik wil doen, is de mensen die mij vals beschuldigd hebben hun verdiende loon geven.’ Ze moest zichzelf eens horen. Ze was echt een monster. In elk geval een moordmachine al wel. ‘Mijn vader is dood, opengesneden keel, mijn broer is dood, heeft zichzelf opgehangen. Mijn moeder was laf en vluchtte weg, de dorpelingen hadden mij vals beschuldigd en sindsdien is er in mij iets geknapt, waardoor ik niet goed kan nadenken en gewoon missies doe om mensen te wreken.’ Ze wist niet waarom ze het hem vertelde, maar de hele tijd hield ze haar blik naar beneden. ‘Ik ben niet zoals je denkt. Ik ben niet verwend, geen manipulerend persoon en kan best vrolijk zijn, maar ik zie er geen behoefte meer aan om het te zijn.’ Ze keek hem heel even aan, haast peinzend. ‘Laten we gaan,’ zei ze hoofdschuddend, ze wilde al vertrekken en zette al een stap naar de trap, maar wachtte toch of Satsuji op dit alles nog wat wilde zeggen.
|
| | | Satsuji
Ervaring : 305
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll za jul 07, 2012 8:48 pm | |
| Natuurlijk was Satsuji laat met het zien van haar wond. Hij was te druk bezig geweest met slim over te lijken komen.Iets wat hij altijd deed. Hij controleerde haast nooit of iemand oké was, omdat hij verwachtte dat ze het wel waren. Een slechte eigenschap waar hij niks aan kon doen. Het kwam gewoon niet in hem op. Iemand zou gewoon dood kunnen bloeden en hij had het niet door of dan zat er iemand onder een rots en dan dan zei hij dat het wel sneller kon. ''Ik heb wel iets om het bloeden te stoppen.'' Vroeger had hij altijd een EHBO kistje ij zich voor noodgevallen. Uiteindelijk was de inhoud opgraakt en had hij er dus niks meer aan. Nu had hij geluk als hij iets bij zich had. Satsuji leegde zijn zakken. Het eerste wat hij uit zijn zakken gooide was het pamflet, iets wat je niet graag zou willen gebruiken. Snel daarna haalde hij een klein zakje met geld uit zijn zak. Gevolgd door een grbruikte zakdoek. ''Ik had hier nog ergens een schone zakdoek.'' Hij stopte zijn hand in een andere broekzak en haalde een nog schone zakdoek uit zijn zak. Hij vouwde de zakdoek dubbel en pakte Ghost haar arm beet. ''Dit kan pijn doen.'' Eerst veegde hij wat bloed weg wat er om heen zat. Daarna bond hij de zakdoek om haar hand heen en maakte er een klein knoopje in. Het was te zien dat dat een plek was die bloedde aangezien er een klein rood vlekje ontstond op de plek waar de wond zat. ''Je bent een grote meid, je hebt niet gehuild. '' Om bij de wond te komen bukte hij even, nu pas viel hem het lengteverschil op. Zo'n tien centimeter. Niet al te veel, maar hij moest wel bukken om bij haar wond te komen. Net zoals hij altijd bij zijn zusje eed en soms ook bij Dakotah kuste hij de plek waar de wond zat. ''Nu gaat alle pijn weg,'' zei hij alsof hij het tegen een vijfjarige had. ''Laten we de missie snel afronden zodat we echt verband kunnen vinden om rond je arm te wikkelen en de wond desinfecteren zou ook handig zijn. Gelukkig zat er geen gif ofzo in de top van de pijl.'' Veel archers deden dit. Met gif in het topje van de pijl zorgde ze ervoor dat hu tegenstander nog makkelijker verslagen werden. Hoe hij wist dat het dit keer niet het geval was? De pijlen zagen er allemaal basic uit. De kans dat daar gif op zou zitten was minimaal.
Hij leek een verkeerd beeld over Ghost te hebben. In een positieve manier. Ze was niet zo verwend als hij dacht. In tegenstelling zelfs. Ze leek normaal te zijn. ''Aangezien het zo toch sneller gaat, kunnen we vanaf nu samen missies doen. Dan zijn we een badass duo. Zo hoef je niet meer te moorden.'' Het voelde raar om te zeggen dat hij een duo werd met iemand. Hij en Dakotah waren al een duo. Hopelijk werd ze niet boos. Hij kon al bedenken wat ze op het moment deed. Ze zat hem vast aan het uitschelden dat hij er niet was. Dan verzon ze de raarste dingen waarom hij er niet was. Dat hij al getrouwd was en kinderen had ofzo. Of ze sloeg random dingen om haar heen. Dat had ze altijd al gedaan en als hij zei dat ze er me moest stoppen dat negeerde ze hem gewoon. Hij miste haar te veel. Hij had er dan ook zo lang niet meer gezien. Hij zou haar weer eens moeten opzoeken na de missie. ''Laten we gaan.'' Dit keer volgde hij haar instructies. Hij haalde zijn zwaard weer uit zijn schede, indien hij zich moest beschermen tegen iets of iemand. Hij begon te lopen richting de trap. De streden waarom zo pieperig. Bij elke trede stopte hij even om te kijken of iemand ze hoorde. Als hij geen reactie hoorde ging hij weer door naar de volgende treden. Dit deed hij tot ze het dak hadden bereikt. Gelukkig was het niet zo'n rare dak, het was heel normaal. Hij liep naar het einde van de dak en stak daar zijn zwaard naar beneden. Maakte een groot rondje in het plafon en haalde de eruit gesneden deel af om hem geruisloos ernaast te zetten. 'Lol, er hangt een lamp aan.'' Hij probeerde het zo zacht mogelijk te fluisteren, maar toch was het best wel luid. Hij stak zijn hoofd in de gat om te kijken of er iemand zat. Niemand, het was een opslagkamer. Dat noemde je geluk. Hij stak zijn zwaard weer in zijn schede en vouwde zijn armen om de rand heen. Hij sprong de gat in, maar bleef handen omdat hij de rand bleef vasthouden. Hij hing nu amper tien centimeter van de grond af.Hij liet los en lande niet al te luid op de grond. Weer wachtte hij of er een reactie was, maar er was er geen. ''Laat je vallen, ik vang je wel.'' Hij hield zijn armen wijd open. Met haar gewonden arm zou het naar benden komen moeilijker moeten zijn.
:: Had maar genoeg inspiratie voor twee alinea's :c ::
|
| | | Ghost
Ervaring : 88
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll zo jul 08, 2012 7:25 am | |
| Verbaasd zijnd over het feit dat Satsuji net haar wond gekust had en haar had toegesproken alsof ze amper vijf was, keek ze hem aan. Ze haalde haar schouders op, omdat ze nu niet in discussie daarover wilde gaan. Toen ze naar de trappen liep, betrapte ze zichzelf op een lichte glimlach. Onmiddellijk probeerde ze haar mondhoeken weer naar beneden te krijgen, maar het was er gewoon en ze kon er niks aan doen. Ze mompelde even zachtjes iets dat veel leek op ‘shit’ en klom achter Satsuji aan naar boven. ‘Ja, roep het nog wat harder, dan kunnen we weer voor ons leven vechten,’ snauwde ze hem toe, maar ze schoot ook in de lach omdat hij juist bij deze serieuze missie zoiets stoms opmerkte. Haar arm was aan het kloppen, maar Ghost negeerde het. Zeuren om elk klein pijntje dat je had, had toch geen zin. Als ze zou zeuren had Satsuji het volle recht om haar als mietje te bestempelen, zelfs al was het nog zo dat de wond zo opengereten was. Ze keek om zich heen en merkte op dat het een beetje verlicht was hier. Zachtjes vloekte ze. Het was waarschijnlijk al eind de middag, ze had graag terug willen zijn nu. Ze keek Satsuji even aan, toen herhaalde ze pas zijn woorden in haar hoofd. Dus hij wilde missies samen met haar doen? Het zou haar wel goed doen als ze geen mensen meer hoefde te vermoorden, maar aan de andere kant wilde ze ook haar eigen vrijheid hebben, die kreeg ze misschien niet als ze met hem moest samenwerken. Hij had wel goede ideeën waar ze iets aan had. Ach, misschien kon ze een poging wagen. Er was altijd nog zoiets als dat ze ’s nachts van hem kon weglopen, zodat hij haar nooit meer zag.
Toen ze naar beneden keek en hem hoorde roepen, wilde ze net naar hem toesissen dat hij stiller moest zijn, toen de betekenis van zijn woorden door haar heendrong. Ze dacht even na. Ze keek naar haar arm. Hij had wel gelijk. Het zou met haar arm ook niet goed gaan, want ze wist gewoon zeker dat hij het daarom aanbood. Ze schudde haar hoofd even. Als ze samen op missies met hem ging en gewond raakte, had hij volledig de verantwoordelijkheid over haar. Het deed haar ergens wel goed dat hij deze ook nam, alhoewel ze geen goed gevoel wilde hebben bij iemand. Ze schudde opnieuw haar hoofd, wat ze nogal vaak deed als ze vol warrende gedachten zat. Ze haalde haar schouders op en besloot toen de sprong te wagen. Ze keek naar beneden, zette haar gedachten toen op nul en sprong. Op hetzelfde moment voelde ze twee armen rond zich heen. Ze kreunde van pijn toen haar arm langs Satsuji’s schouder schuurde en sloeg haar armen gauw om zijn nek om meer grip te hebben. Even stond ze zo beduusd te kijken, waarna ze hem snel losliet. ‘Over dat samenwerken hè,’ begon ze gauw over iets anders, voordat hij haar hiermee kon plagen en ze op haar nummer gezet zou zijn, iets wat ze absoluut niet wilde. ‘Ik denk dat het een goed idee is. Ik hoef niet meer te moorden, dat is het belangrijkste. Ik doe mee, maar als het niks wordt, dan stop ik.’ Ze keek hem aan, maar in haar ogen was de appreciatie duidelijk te lezen, iets wat ze zelf liever niet zei. ‘En ik had heus wel zelf naar beneden kunnen komen,’ zei ze schamper, ondanks dat de pijn haar steeds erger en erger werd. Ze wilde het niet laten merken.
Zonder nog acht te slaan op Satsuji, draaide ze zich om en begon te lopen, uit veronderstelling dat Satsuji haar wel zou volgen. Net op het moment dat ze een stap verder wilde zetten, vloog er een mes vlak langs haar neus af tegen de muur. Even keek Ghost verbaasd naar het mes en keek toen naar onderen. ‘Heel leuk,’ mopperde ze, toen ze zag dat ze op een lijntje gestapt was. ‘Zoals je misschien al had geraden toen ik bijna gespietst werd aan een mes, zijn hier boobytraps,’ zei ze droog, waarna ze hem even aankeek over haar schouder. Zachtjes haalde ze haar schouders op, ten teken dat zij het ook niet kon helpen. Ze keek om zich heen, wachtend voor nog meer boobytraps, maar deze waren er echter niet. Toen ze stemmen hoorde, trok ze Satsuji naar zich toe. Ze legde haar wijsvinger tegen haar lippen ten teken dat hij stil moest zijn en liep verder. Ze liep een lange gang door en kwam uit bij een kamertje. Door een rooster zag ze dat er mannen zaten. ‘Zijn zij het?’ vroeg ze zachtjes aan Satsuji. Het waren er twee, of drie, want ze kon het hoekje net niet zien. ‘Wat doen we nu? Die deur opentrappen en ze grijpen? Of gaan we naar het uiteinde van de gang en lokken we ze hierheen? Misschien als we daar om de hoek gaan staan, dat we ze één voor één kunnen ver… Ik bedoel neer kunnen slaan,’ verbeterde ze zichzelf gauw. ‘Sorry,’ zei ze onschuldig glimlachend. ‘Pure gewoonte.’ Ze draaide haar hoofd weer naar het rooster en schrok van een klap. Ze sprong achteruit tegen Satsuji aan, maar de klap bleek afkomstig te zijn van een van die mannen die op de tafel had geslagen. Opgelucht haalde ze adem en liep weer een beetje van Satsuji af, waarna ze hem vragend aankeek.
- Waar haal ik de inspiratie toch vandaan?? - |
| | | Satsuji
Ervaring : 305
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll zo jul 08, 2012 4:28 pm | |
| Hij bleef wachten tor Ghost zou springen. Ze leek te twijfelen, maar sprong uiteindelijk toch wel naar beneden. Haar handen sta ze beide vooruit zodat ze haar armen om zijn nek kon slaan. Hij had het iets anders verwacht. Het was beter geweest als ze dat niet had gedaan, dan zou hij haar kunnen vangen en zou ze haar arm niet hoeven te bezeren. Nu zou het toch gee verschil meer maken als hij er iets over zei. Ze was al veilig geland op de grond en had maar een klein beetje pijn gevoelt . Toen ze begon te lopen liep hij raaf achter haar aan. Net zoals de trap eerder, ware de vloeren heel erg pieperig. Wat zou het irritant zijn om hier te wonen. ''Boobytraps , huh?'' De mes was hem niet opgevallen omdat hij te druk was geweest om naar de irritante vloer te kijken. ''Nee, het was me niet opgevallen,'' antwoordde hij dus maar droogjes. Dit keer wist hij wel normaal te fluisteren. Trost stak hij zijn duim op, waarna hij weer door ging met het lopen tot Ghost opeens stopte. Verbaasd keek hij haar aan, maar toen hij merkte dat ze door een rooster keek snapte hij het. Zouden ze daar binnen zitten? Er leken drie mensen te zitten. Er waren maar twee mensen goed zichtbaar, maar als je goed keek zag je de schaduw van een derde persoon. Satsuji liet een tevreden knikje zien. Hij ging naast het rooster staan zodat ze hun niet zouden kunnen zien door het rooster heen. ''Het tweede idee is goed,'' zei Satsuji net iets te luid toen Ghost klaar was met praten.
''Wie is daar?'' Geschrokken keek hij Ghost aan. Als ze zich stil hielden dan dachten ze misschien dat het de wind ofzo was. Nee, dat ging niet werken. Hij had te hard gepraat daarvoor. ''De pizza bezorg jongen.. ding..'' antwoordde Leith de man. Even bleef het stil aan de andere kant. ''We hebben geen pizza besteld,'' hoorde je dezelfde stem nu zeggen. 'Lol, jullie zijn wel heel dom dat jullie er in trappen.'' Hij pakte Ghost bij haar pols beet en begon te rennen. Hij hoorde iemand nog navragen of er geen pizza was. Het was zo moeilijk om zijn lach in te houden. ''In de kast.'' Hij opende een deur en trok Ghost mee naar binnen. Sloot de deur achter zich en deed zijn hand nu over Ghost haar mond zodat ze niet zou kunnen praten. Het was duidelijk te horen dat de mannen door de gang liepen. Kort stopte ze alle drie met lopen. ''Ik denk dat het misschien geen pizzabezorger was. Laten we opsplitsen en hem zoeken. '' Het was te horen dat de andere twee mannen er mee eens waren en je hoorde toen twee mensen wegrennen. Al ging het niet de manier dat ze wilde, hadden ze de mannen toch opgesplitst. Nu hoefde ze de drie mannen alleen maar een voor een te verslaan, al ging dat wel moeilijk als ze in een kast zaten. Hij had de derde persoon nog niet horen weglopen. Zouden ze gewoon moeten gaan? Nu pas haalde hij zijn hand voor Ghost haar mond vandaan. Hij liet een knikje zien waarna hij zijn hand op de deurknop zette. Hij gooide de deur open en zoals verwacht stond de man er nog. Wat hij niet verwachtte was dat de man een wapen in zijn handen zou hebben. Hetzelfde moment dat Satsuji de deur opende, sloeg hij met zijn zwaard richting Satsuji zijn gezicht. ''Fuc..'' Hij had niet genoeg tijd om zijn zwaard te pakken om het te blokkeren en als hij zou wegduiken zou er kans zijn dat Ghost geraakt werd. Dan maar de simpele manier. Hij stak zijn beide armen gekruist voor zich om zijn gezicht te beschermen. ''Auwwrh'' kreunde hij toen hij geraakt was. Hij schopte de man naar achteren, tegen een muur aan zodat de zwaard niet te diep in zijn vlees zou komen. De wond was niet heel erg diep, maar het was een lange wond en het bloed bleef er uit stromen. |
| | | Ghost
Ervaring : 88
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll zo jul 08, 2012 6:02 pm | |
| Zuchtend schudde Ghost haar hoofd, waarna ze weer naar het rooster keek. ‘Doe alsjeblieft wat stiller, idioot!’ siste ze hem toe, maar het was al te laat. Geschrokken keek ze om zich heen, maar drukte haar rug uiteindelijk tegen de muur, waarna ze naar Satsuji keek. Deels beschuldigend, deels opgelucht. ‘Zie je nou wat je doet? Verdomme Satsuji, je gaat echt moeten leren om wat stiller te zijn tijdens een missie!’ Ze fluisterde het slechts, maar de waarschuwende klank viel niet te missen. ‘Hé!’ protesteerde ze, toen ze een hand om haar pols voelde klemmen. Ze paste haar voetstappen aan die van Satsuji aan, zodat ze dadelijk niet op de grond zou liggen omdat hij te hard zou rennen. ‘Ja, goed idee. Dat is het enige wat we kunnen doen,’ beaamde ze zijn plan, waarna ze voelde hoe ze de kast ingetrokken werd. Toen de deur dichtviel, werd het helemaal donker en Ghost sloot haar ogen. Ze wilde net iets boos zeggen tegen Satsuji, toen ze zijn hand rond haar mond voelde. Was dit nou een of ander plan om haar hier stiekem te vermoorden? Nou ja, ze kon nog altijd de techniek uitvoeren die ze vaker deed als iemand haar langs achter vastpakte. Eerst haar elleboog tegen zijn heup slaan, dan trappen op zijn teen, haar hoofd naar achteren tegen zijn mond slaan en dan in zijn kruis. Dat was haar manier om te ontsnappen, maar aangezien Satsuji het op dit moment goed bedoelde en ze toch al niet gezwegen had, liet ze hem doen. Ze voelde hoe het klamme zweet langs haar rug naar beneden parelde toen ze Satsuji’s hand opmerkte. Haar rug leunde tegen zijn borstkas aan, waar ze deels haar rust vond van het rennen van daarnet. Even sloot ze haar ogen, waarna even probeerde te rusten.
Haar ogen vlogen meteen open. Waar was ze nou mee bezig? Ze was bezig met een missie, niet met het genieten van een of andere aanraking of om te rusten. Ze opende haar ogen weer op de normale stand en schrok toen Satsuji de deur opendeed. Hoeveel domme zetten kon je doen in een missie? Nou ja, hij had ze in elk geval allemaal weer goedgemaakt. ‘Satsuji!’ riep ze geschrokken, toen het mes zich in zijn vlees boorde. Gauw sprong ze voor hem toen de man vanaf de muur weer wilde opstaan. Ze pakte onmiddellijk de shurikens uit haar rokrand en blokkeerde de zwaardaanvallen door haar shurikens voor haar gezicht te steken. Het zwaard gleed net langs haar arm af, maar liet geen snee achter. Wel voelde ze een ontzettende pijn door haar lichaam snijden. Ze gilde het uit toen de man haar aan haar gewonde arm naar achteren trok. Hij zette zijn zwaard tegen haar hals en trok haar aan haar haren achteruit. ‘Jammer snoesje, maar hier eindigt het voor jou. Daarna maak ik je vriend af,’ zei de man smalend. ‘Dacht het niet,’ snauwde ze terug. Ze voerde haar eerdere gedachte uit. Eerst sloeg ze haar elleboog in zijn zij, zodat hij dubbel klapte. Daarna trapte ze hard op zijn teen met de bal van haar voet, zodat hij kreunend naar zijn teen greep. Daarna sloeg ze met haar elleboog in zijn nek – deze voerde je uit als iets tegen je keel gehouden werd – zodat zijn hoofd naar achteren klapte, waarna ze haar elleboog vol in zijn kruis liet gaan. De man viel bewusteloos achter zich neer en het zwaard viel op de grond. ‘Jij vuile klootzak, je zal boeten dat je Satsuji zijn wonden hebt bezorgd,’ snauwde ze, waarna ze het zwaard oppakte en ophief boven zijn neus.
Meteen ging er een schok door haar lichaam. Ze had Satsuji beloofd om niet meer te moorden, ze mocht niet meer moorden. Wat zou hij van haar vinden als ze het nu zou doen? Ze schudde haar hoofd. Dat kon haar niks schelen. Toch voelde ze twijfeling opkomen. Met gebogen hoofd gooide ze het zwaard weg, maar gaf de man wel nog een forse trap in zijn kruis. Ze draaide zich om naar Satsuji. ‘Sats,’ mompelde ze zachtjes, waarna ze zijn armen voorzichtig vastpakte, uitkijkend dat ze de wond niet vastgreep en keek naar de wonden. ‘Dit kan je best missen,’ snauwde ze naar de man, waarna ze een reep van zijn shirt trok met brute kracht. Snel nam ze het uiteinde van het shirt in haar mond – dat rook naar smerig zweet en stinkende aftershave – en bond dit zorgvuldig rond Satsuji’s armen. Ze knoopte de uiteinden goed aan elkaar vast. Toen ze een hoop geluid hoorde, ging ze beschermend voor Satsuji staan en pakte haar shurikens. Toen de twee mannen verschenen, gooide ze deze, maar veranderde wel van richting. ‘Eén stap verder en de volgende shuriken is raak,’ snauwde ze. Ze had geen shurikens meer, maar dat wisten die mannen niet. ‘Shit,’ vloekte ze, toen ze door bleven rennen. ‘Pak jij de ene, pak ik de andere,’ zei ze tegen Satsuji. Even keek ze diep in zijn ogen, waardoor er een gevoel in haar kwam die ze nog nooit had gehad. Begrip, verbintenis, maar ook nog iets anders. Dit was echter een vlaag van een seconde, waarna ze zich hoofdschuddend omdraaide en hard met haar schouder in de buik van de man vloog. Ze duwde hem tegen de grond, maar hij sloeg met zijn vuist tegen haar gezicht, waardoor ze achteruit viel. Hijgend ging ze de strijd met hem aan, terwijl ze zich lichte zorgen over Satsuji maakte.
|
| | | Satsuji
Ervaring : 305
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll zo jul 08, 2012 8:08 pm | |
| Het rooie bloed bleef uit zijn hand stromen. Wat moest hij er aan doen? Hij kon niks verzinnen? Als het zo snel doorging lag hij binnen een paar minuten bewusteloos op de grond. Ze moesten het gevecht snel afmaken. Hij pakte zijn zwaard tevoorschijn en wou net met aanvallen beginnen toen hij zag dat Ghost het al had afgemaakt. Dat deed ze snel. Heel erg indrukwekkend. Hij stopte zijn zwaard teleurgesteld weer weg. Hij had gehoopt nog wat wraak te kunnen nemen. Ghos scheurde de shirt va de stinkende man en bond het om zijn hand heen, dezelfde manier als hij haar wond eerder had behandeld. ''Dankje.'' Hij streelde met zijn hand over zijn arm heen. Het deed verschrikkelijk pijn, maar hij moest het negeren. Als zelfs een meisje zoals Ghost zich staande wist te houden moest hij dit ook kunnen. Zo stoer mogelijk liep hij naar de man toe die nu bewusteloos op de grond zat. De stank was duidelijk te ruiken. Hij sleurde de man mee in de kast en sloot de kastdeur achter zich. Opgeruimd stond netjes. Zo hoefde ze geen zorgen te maken dat een van de andere mannen de man zou vinden. Met de sleutel die nog in het slot zat deed hij de deur dicht. Hij trok de sleutel er uit en deed deze in zijn broekzak. Hij kon het gebruiken om ze te chanteren. Dan liet hij ze de sleutel ruilen voor wat zij wilde. Goeie ruil toch? Dan waren hun blij, iedereen was blij. Hun kregen wat ze wouden zonder al te veel moeite e de mannen hoefde niet allemaal bewusteloos op de grond te liggen. Daarbij hielpen ze een vriend.
Zoals gehoopt kwamen de twee mannen aanrennen. Gelijk gingen ze beide in de aanval. ''Stop!'' Hij haalde de sleutel uit zijn zak en showde deze kort voordat hij hem weer in zijn zak stopte. ''Dit is de sleutel van die kast, waar jullie derde teamlid vast zit. Als jullie ons geven wat we willen dan zijn we bereid de sleutel terug te geven.'' De mannen keken elkaar kort aan voordat ze begonnen te lachen. Ze leken geen aandacht te verspillen aan hun vriend. Hij mocht ze nu al niet. Een behendige jongen kwam zijn richting op gerend. Hij kon het niet echt een man noemen. Als hij zo moest gokken zat hij in de twintig. Begin twintig. Amper tien jaar ouder dan hun dus. In zijn hand zat een Kunai met een geel laagje. Het Elektrische element dus. Dit was duidelijk te zien omdat er steeds elektrische stroom schokjes rondom de Kunai te zien waren. Voor de zoveelste keer haalde Satsuji zijn zwaard tevoorschijn. Nu zou hij het eindelijk in een gevecht kunnen gebruiken en als Ghost dit zou zien zou ze onder de indruk moeten zijn. De man deed iets wat Satsuji niet verwachtte. Hij gooide de Kunai niet, ook ging hij niet op een fysiek aanval. Hij richtte zijn Kunai naar voren zodat er een straal van puur geel bliksem naar voren schoot. Het ging allemaal voor snel voor Satsuji om te ontwijken. Het blokkeren met een zwaard ging ook moeilijk. Had hij nou een rubberen handvat gehad dan zou dit wel gekund hebben. Hij probeerde probeerde het nog te ontwijken, maar het was te laat. Hij werd geraakt op zijn linkerschouder en schoot achteruit.
Daar lag hij dan op de grond. De bliksem had hem net geraakt en het deed nog steeds zeer over zijn hele lichaam. Versuft staarde hij vooruit. Gelukkig. Er was niks mis met hem. Zijn beneden en handen leken nog normaal te bewegen. Dat hij opgelucht was betekende niet dat de pijn minder werd. Hij bleef de pijn voelen door zijn hele lichaam. Her duurde enkele seconde voordat Satsuji zich bedacht dat hij nog in een gevecht zat. Hij probeerde snel op te krabbelen, maar ondertussen stond de man met de Kunai al voor hem. Hij had een duistere glimlach op zijn gezicht staan wat Satsuji het gevoel gaf dat hij weer zo een elektrische lading op hem zou afsturen. Snel greep Satsuji naar zijn zwaard. Hij deed dit liever niet, maar nu had hij geen keus. Met zijn zwaard stak hij in het lichaam van de man. Hij vermeed vitale organen. Zoals hij gehoopt had liet de man zij Kunai vallen om naar de plek te grijpen waar nu een zwaard zat. Satsuji trok de zwaard weer uit het lichaam. In de tijd dat de man bezig was met zijn wond krabbelde Satsuji overeind. Wankeling liep hij naar de Man toe die maar een paar stappen van hem vandaan stond. Meestal was hij er in no time, maar nu leek alles voor hem in slow motion te gaan. Stomme electritieit. Hij pakte de man bij zijn achterhoofd en sloeg hem tegen de muur aan. Bloed stroomde uit zijn voorhoofd. Niet al te veel , maar twee druppeltjes. De man was nu bewusteloos. Dat was de tweede, nog maar een te gaan. Hij zou de man zijn wond ok nog moeten behandelen. Als hij te lang bewusteloos bleef zou hij het niet zelf kunnen doen en dan was er kans dat hij in de tijd te veel bloed verloor. Maar eerst moest hij Ghost helpen. |
| | | Ghost
Ervaring : 88
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll zo jul 08, 2012 8:33 pm | |
| Hijgend probeerde Ghost zich ondertussen tijdens Satsuji’s gevecht onder de man uit te werken. Deze was ongeveer rond de dertig en was overduidelijk naar een sportschool of zo geweest. Zijn spieren sloten zich sterk rond Ghosts keel, waardoor deze moeite had met ademhalen. Kokhalzend probeerde ze hem van zich af te krijgen, maar het lukte niet. Even dacht ze dat ze ging stikken, maar haar voet vond de zwakke plek, waar ze keihard in trapte. Bloed liep ondertussen langs haar wang naar beneden. Kreunend zakte de man in elkaar,wat Ghost de gelegenheid gaf om hem een duw te geven. Het gevecht was echter nog niet voorbij, want de man stond alweer op. Dit maakte Ghost razend. ‘Je zult het beleven,’ snauwde ze hem toe, toen hij uitdagend vroeg of dat alles was wat ze had. Ze keek even om naar Satsuji om zeker te zijn dat alles goed met hem ging. Toen ze zag dat hij geëlektrocuteerd werd. ‘Sats!’ riep ze over haar schouder. Op dat moment voelde hoe ze achteruit gegooid werd. Kreunend kwam ze neer op de grond, met de man bovenop zich. Ze voelde hoe haar benen protesterend kraakten onder zijn bewegingen. ‘Rustig maar schatje, we zorgen wel voor je vriendje. Misschien is het zijn ondergang, maar wat maakt het uit. Dan sluit je jezelf toch bij ons aan?’ vroeg hij plagend. ‘Natuurlijk,’ antwoordde Ghost sarcastisch. Ze sloeg haar vuist voluit in zijn gezicht en probeerde hem van zich af te krijgen. Ze voelde hoe ze aan haar haren getrokken werd en zag de vuist van de man op zich afkomen. Met een gil probeerde ze zijn hand nog tegen de houden, maar de man drukte te hard op haar arm. Gillend van pijn verzwakte haar grip, waarna ze een vuist hard in haar gezicht voelde komen.
Versuft keek ze hem even aan, waarna ze een mond vol bloed uitspuugde. Gelukkig had ze geen tanden verloren, maar haar lip was wel heftig aan het bloeden. ‘Nu is het genoeg!’ schreeuwde ze kwaad. ‘Shadow Stone!’ riep ze woedend uit. Ze zette haar handen tegen de borstkas van de man. Het volgende moment drong er zich een innerlijke pijn in haar op. De beelden van haar vader die in de kelder lag, zijn keel helemaal opengereten, drongen weer terug in haar hoofd en ze gilde het uit. Ondertussen creëerden haar handen een soort paarsachtige bol, die alsmaar groter werd. Het nam de vorm van een steen aan. Deze brandde in de borstkas van de man, die het uitgilde van de pijn. Als hij zich niet terug zou trekken, zou de steen door zijn borstkas naar zijn hart gaan, waar het hart dankzij de elektrische schokken die er rond heen zaten – die veroorzaakt werd door het paarsachtige spul – stoppen met kloppen. Het was eigenlijk een techniek die ze niet mocht gebruiken, eentje die bijna oncontroleerbaar was en eentje die ze niet zomaar kon stoppen. Alles lag aan de tegenstander. Als deze zich niet zou terugtrekken, zou de steen, op welk lichaamsdeel dan ook, het doorbranden en alle botten of organen binnenin kapotmaken. Ze keek naar de man, wiens ogen in de kassen rolden. Daarna duwde ze hem achteruit zodat de steen hem niet zou vermoorden. Zodra de steen geen contact meer maakte met een huid, loste hij vanzelf op. Hijgend legde Ghost zich op de grond. Ze was helemaal bezweet en de pijn in haar binnenste was bijna onmogelijk om te handelen. Zwarte vlakken kwamen voor haar zichtveld, maar Ghost probeerde ze weg te schudden. ‘Satsuji,’ fluisterde ze zachtjes, waarna ze deels overeind kwam en rond zich heenkeek, opzoek naar hem.
Niet veel later merkte ze hem op. Ze merkte dat hij bijna net zo zwak was als haar. ‘Satsuji,’ kreunde ze, waarna ze naar hem toe wankelde. Onderweg viel ze, waardoor ze tegen hem aanviel. Ze hield zich moeizaam aan hem vast en probeerde overeind te blijven staan. Omdat hij tien centimeter groter was dan haar, leunden haar hoofd en haar handen tegen zijn borstkas, terwijl haar knieën tegen zijn benen leunden. Haar voeten wisten haar nog overeind te houden. Trillerig kwam ze overeind en hield zich aan hem vast. ‘We moeten hier weg,’ zei ze hees, trillend van de pijn en de vermoeidheid, dankzij de techniek. Ze keek hem haast smekend aan. ‘Kijk,’ fluisterde ze, waarna ze een pakketje uit haar rokrand haalde. ‘Gepikt van die gozer daarnet. Onze missie is voltooid. Wegwezen hier, voordat er meerderen komen.’ Meer kon ze niet zeggen, want ze voelde hoe meer ze praatte, hoe zwakker ze werd. Hijgend probeerde ze op eigen benen te staan, maar nog altijd leunde ze als een of andere zoutzak op Satsuji. Als hij te verzwakt was om haar te houden en er waren nog andere mensen, zouden ze echt in de problemen raken. ‘Kom mee,’ fluisterde ze zachtjes, waarna ze wankelend zijn hand greep. Ze voelde hoe ze moeite moest doen om overeind te blijven. Pijn boorde zich diep in haar binnenste, haar hartslag vertraagde en versnelde soms. Dit was echt een gevaarlijke techniek voor haar. Op de tast begon ze naar de uitgang te zoeken, maar voelde ook wel dat ze dit niet lang meer volhield. Na een tijdje leek ze eindelijk licht te zien. Dat was het moment waarop de zwarte vlekken de overhand namen. ‘Satsuji,’ fluisterde ze nog, voor ze trillend tegen hem in elkaar zakte.
|
| | | Satsuji
Ervaring : 305
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll ma jul 09, 2012 2:35 pm | |
| Satsuji probeerde zo snel mogelijk naar Ghost te lopen, al ging dit niet snel. Het leek alsof de elektriciteit door zijn lichaam bleef stomen. Satsuji liet zichzelf door zijn knieën zakken en zette zijn beide handen voor zijn ogen. Dit was niet de tijd om pijn te lijden. Als een hond probeerde hij de elektriciteit uit zich te schudden. Natuurlijk werkte dit niet. Hij moest Ghost helpen. Ze leek pijn te lijden.. Satsuji krabbelde weer op. Hij zou het moeten negeren. Al het elektriciteit dat door zich lichaam ging. Langzaam zette Satsuji stap voor stap. Steeds leek hij dichterbij te komen bij Ghost en de man, maar toen hij er was was het al te laat. Ghost had de man al verslagen, maar hiervoor had ze zelf veel pijn moeten leiden. Gelukkig hoefde ze hier niet langer te blijven. Ghost had al gevonden waar de wee naar zochten. Ze konden hier weg gaan en nooit meer terug te komen. Stomme oude mannen. Hadden ze niks beters te doen dan het stelen van een trouwring. Ze kregen er tenminste veel geld op. Normaal zou hij een hele week met het geld hebben gedaan. Nu zou hij er drie dagen mee kunnen doen, drie dagen van normaal van alles eten. Ontbijt, diner en avondmaal. Nu kon hij er amper een halve week mee doen. Aangezien hij nog van plan was om Dakotah op te zoeken zou hij haar ook een deel van de beloning moeten geven. Gewoon omdat ze het verdiende, omdat hij haar eigenlijk wel alleen had gelaten. En aangezien hij gewond was zouden ze de volgende dag niet gelijk een missie kunnen doen. Dan was hun volgende missie pas over twee dagen. Het was maar te hopen dat er dan ook missies waren met een beloning hoog genoeg voor twee mensen.
''Dat heb je goed gedaan.'' Satsuji probeerde de elektriciteit door zijn lichaam zo goed mogelijk te negeren. Het hielp dat Ghost de gene was die hem meetrok. Hij hoefde er alleen voor te zorgen dat hij op haar ritme bleef lopen en aangezien ze niet al te snel liep lukte dit wel. Op hun tempo duurde het dan wel even voordat ze de deur hadden bereikt. Hij bleef de hele weg stil. Hij had gewoon geen zin meer om te praten. Hij liet een tevreden glimlach op zijn gezicht zien toen ze het hadden gehaald. Deze verdween weer toen Ghost neerviel. Waarom nu van alle momenten. Als ze eerst een stad hadden bereikt was het veel beter geweest. Als een van de mongooltjes nu achter ze aan kwam.. Hij had geen tijd om te wachten dus moest hij haar maar dragen. Hij ging door zijn knieën om haar normaal op te kunnen pakken. Hij pakte haar op in Princess style en begon te lopen op een heel langzaam tempo. Zo kreeg hij weer last van zijn arm, maar hij kon niet anders. Satsuji staarde haar ven aan. Ze leek zo vredig. Er kwamen helemaal geen woorden uit haar mond die hij irritant vond. Het duurde even voordat hij verder was. Op zijn tempo ging alles heel langzaam, maar ze zaten niet meer in gevaar. ''Het kan geen kwaad om uit te rusten..'' Hij legde Ghost tegen een boom aan en ging aan de andere kant van de boom zitten. Het zou veel lekkerder slapen als ze in de Green Woods zaten. Daar was er lekker gras en daar scheen het zonnetje tussen de bladeren heen. Al maakte dit nu niet uit aangezien hij in no- time in slaap was gevallen.
- Zoveel heb ik niet toegevoegd... - |
| | | Ghost
Ervaring : 88
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll ma jul 09, 2012 2:58 pm | |
| Pijn. Het enige wat ik voel is pijn. Mijn ogen zijn gesloten, maar mijn lichaam reageert nog wel op alles wat er rond mij heen gebeurt. Dan kan ik mijn ogen opeens openen en kijk ik naar voren. Het is donker, maar het licht wordt aangedaan. Een gil verlaat mijn mond als ik de doodse ogen van mijn vader zie. Ik kruip geschrokken achteruit en probeer ondertussen de moordenaar te vinden, die hier ergens rondloopt. Ik hoor zijn voetstappen voor, achter, links en rechts van me. Ik kijk rond me heen, maar ik kan hem niet vinden. Het lijkt net alsof hij met mijn voeten aan het spelen is door steeds ergens te gaan staan en daar dan weer weg te gaan. Hoe kan ik hem ooit vinden als hij dit zo door blijft doen? Geschrokken haal ik adem als de lichten weer uitgaan. ‘Ghost, je hebt gebruikt gemaakt van je techniek. Die techniek is heel erg gevaarlijk, dat weet je toch? Je kunt er zelf aan dood gaan als je er niet zo in gevorderd bent.’ Ik schrik op van een stem naast me en gil luid. ‘Ga weg!’ roep ik geschrokken, waarna ik op de grond val. ‘Wat jij hebt gedaan, vergeef ik je nooit!’ Ik kruip alleen maar verder weg. ‘Ik heb je vader vermoord, inderdaad. Ik kon het niet meer aan hoe hij deed. Hij sloeg me.’ ‘Ga weg met je excuses! Alle dorpelingen denken dat jij vermist bent en dat ik de schuldige ben. Dankzij jou ben ik uit mijn Country verbannen, mam.’ ‘Het spijt me lieverd. Dat met je broer was ook niet de bedoeling,’ zegt mam. ‘Dat met mijn broer?’ Ongelovig kijk ik haar aan als er een traan over haar wang glijdt. Het volgende moment wordt alles weer zwart voor mijn ogen.
Met een schreeuw vloog Ghost overeind. Ze schudde haar hoofd even. Het was altijd zo dat als ze die techniek gebruikte ze kleine deeltjes van het verleden oppikte, of dat mensen in haar droom tegen haar kwamen praten. Ze keek rond zich heen. ‘De opdracht,’ mompelde ze, waarna ze om zich heenkeek. Waar was Satsuji? Op haar knieën kroop ze naar de andere kant van de boom, waar ze hem vond. Ze voelde iets prikken in haar zij en trok de rand van haar rok een beetje omhoog. Ze pakte het pakketje en keek er even naar. ‘De trouwring,’ mompelde ze, waarna ze deze tegen de boom legde. Satsuji en zij zouden deze nu goed moeten bewaken. Als het weer gestolen werd, konden ze wel fluiten naar hun geld. Even keek ze naar hoe Satsuji lag te slapen. Ze kon het niet tegenhouden dat haar hand naar voren ging en zachtjes over de lichte donshaartjes over zijn wang streelde. Ze schudde haar hoofd en trok gauw haar hand terug. Waar was ze mee bezig? Ze zakte een beetje onderuit tegen de boom en voelde hoe haar arm flink pijn deed. Ze keek opzij naar Satsuji’s wond, waar het bloed opgedroogd was. Hij zou medische hulp moeten hebben, in elk geval iets beters om de wond te verbinden. ‘Kom op, je hebt toch wel iets?’ vroeg ze aan hem, waarna ze zonder pardon in zijn zakken begon te graaien. Een zakdoekje kwam ze tegen, die zou al knappen als ze die ook maar probeerde te binden rond zijn arm. Vloekend stopte ze het zakdoekje terug, waarna ze rond zich heenkeek. De natuur zou hun natuurlijk ook niks nuttigs kunnen schenken. Verdwaasd liet ze zich langs hem vallen en zakte een beetje onderuit. Ze volgde kalm Satsuji ademhaling. Plots leek deze even te stoppen.
Snel boog Ghost zich over zijn borstkas heen en legde haar oor op de plek waar zijn hart normaal zou moeten kloppen. Toen ze deze regelmatig en rustgevend hoorde kloppen, haalde ze opgelucht adem. Ze keek even rond zich heen en liet haar hoofd toen rusten op de plaats waar het nu lag. Als Satsuji wakker zou worden, zou ze wel een smoesje bedenken. Nou ja, ze zou natuurlijk kunnen zeggen dat ze bonkende hoofdpijn kreeg en met haar hoofd opzij viel. Ze snapte eigenlijk sowieso niet waarom ze haar hoofd op zijn borstkas liet rusten. Misschien omdat dat veilige gevoel, dat ze al een tijdje niet meer had gehad, te zalig was om te negeren, dat ze het gewoon nog één keer langer wilde voelen. Ze had altijd op de bescherming van haar broer geleefd, maar toen deze vermoord werd – ze wist wel dat het ophangen geen zelfmoord was – had ze geen bescherming meer en viel deze af. Nu Satsuji bij haar was, had ze dat gevoel van bescherming weer terug, maar deze keer sterker. Hij was immers diegene die haar naar hier had gebracht. Zuchtend, voornamelijk omdat ze het koud kreeg en omdat het avond begon te worden – wat frissere wind met zich meebracht – legde ze haar hele lichaam tegen die van Satsuji. Ze rolde zich op als een bolletje en rustte tegen Satsuji, haar hoofd op dezelfde plek als daarnet en een deel van haar been half over de zijne geschoven. Kippenvel had zich verspreid over heel haar lichaam, maar dat was niet alleen van de koude. Ze sloot haar ogen en wachtte gewoon maar af tot Satsuji wakker zou worden, haar van zich af zou duwen en haar misschien een mep zou verkopen. Er schoot een rilling door haar heen toen de wind frisser werd en toen de herinnering van haar vader weer in haar hoofd schoot, waardoor ze - als dat nog mogelijk was tenminste - dichter tegen Satsuji aan kroop, lichtelijk genietend.
|
| | | Satsuji
Ervaring : 305
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll ma jul 09, 2012 4:56 pm | |
| Een stekende pijn schoot door zijn arm. Hij schoot overeind zodat Ghost er vanzelf af zou vallen. Met zijn linkerhand greep hij naar zijn arm. Waarom deed het zo veel pijn? Een normale wond hoorde dit niet te doen. Zonder op Ghost te letten haalde hij het verband weg. er leek niks mis te zijn met de wond. Hij had ook geen last meer van de elektriciteit dat eerder door zijn lichaam stroomde. ''Oh, hi Ghost!'' Er verscheen een rare glimlach op zijn gezicht toen hij er zag liggen. Had hij haar niet aan de andere kat van de boom neergelegd? Of herinnerde hij dat zich gewoon verkeerd. ''We moeten de missie snel afronden.'' Hij gaf Ghost de tijd om van hem af te komen en stond toen met behulp van de boom weer op. Het zou hem wel lukken om normaal te kunnen lopen. ''Gaat het weer met jou. Niet weer bewusteloos neer vallen, huh.''Hij klopte wat stof van zijn kleding af. Het was al laat, later dan hij verwacht ha. Ze hadden te lang geslapen. ''Heb je de trouwring nog?'' Hij bleef om zich heen staren. Hij kon nou niet uitmaken of het donker was omdat het laat was, of het door de bomen kwam. ''Hmm.. eigenlijk horen we het ringetje snel terug te brengen, maar ik moet ergens naartoe.'' Hij kon Dak niet laten wachten. Als hij dit deed zou ze vragen waar hij al de tijd was. Ze zou helemaal gek worden als hij zei dat hij met een meisje was. Misschien overdreef hij, maar ze zou het niet leuk vinden. Helemaal omdat hij zo streng was geweest met haar en Tsuna. Zover hij wist zagen ze elkaar niet en daar was hij blij mee. Dakotah verdiende iemand veel beter. iemand die haar zou kunnen beschermen als het moest. Niet zo'n persoontje die haast moest huilen as je je stem verhief. ''Dus zou jij heel lief kunnen zijn en het ringetje zelf terug kunnen brengen?''
''Hulp nodig bij het opstaan?'' Satsuji stak zijn hand uit. Hij verwachtte dat ze haar aanbod niet zou aannemen. Ze leek het type persoon dat voor zichzelf probeerde te zorgen en alleen om hulp vroeg als ze het echt nodig had. Aangezien ze besloten hadden om een team te worden zouden ze moeten afspreken wanneer hun nieuwe missie was. De volgende dag zou te vroeg zijn.''Dus.. wat dacht je er van om overmorgen een nieuwe missie, weer bij het bord om.. tien uur? Bewaar jij het geld tot dan.'' Zonder door te hebben wat hij deed trok hij Ghost naar zich toe. Met zijn linkerhand kantelde hij haar hoofd een beetje door haar bij haar kin omhoog te duwen. hij boog voorover om voor een korte drie seconde zijn lippen op de haren te zetten. ''Fuck..'' Hij duwde haar niet al te hard naar achteren toen hij merkte wat hij deed. ''Het spijt me, dit was niet de bedoeling..'' Dakotah zou haar vermoorden. Ze zou Ghost met haar boemerang in stukjes snijden en het hem voeren.. Wat had hij gedaan. Hij wou Ghost niet dood zien. ''Uhh... ik ga..'' Hij draaide zich om en begon zo snel mogelijk weg te rennen. Hoe kon hij zo dom zijn..
~ Flut ~ |
| | | Ghost
Ervaring : 88
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll ma jul 09, 2012 7:18 pm | |
| Het ene moment lag ze op Satsuji’s borstkas, het andere moment lag ze naast hem. Verbaasd keek ze hem aan toen hij overeind geschoten was. Haar wangen waren lichtelijk rood gekleurd en ze hoopte stiekem dat hij het niet gemerkt had dat ze met haar hoofd daar had gelegen, dat ze zelfs genoten had van die aanraking. Ze keek hem zo neutraal mogelijk aan. ‘Hoi,’ zei ze, waarna ze even grinnikte. Ze keek naar zijn arm, maar probeerde de bezorgde emoties zoveel mogelijk te bedwingen. Ze liet haar blik even opzij glijden om zeker te zijn dat niemand die falende misstap had gezien, maar blijkbaar was er zelfs niemand hun buurt. Stel dat iemand haar zo had zien afgaan, dan zou ze pas echt op haar nummer gezet zijn. En je kon haar maar beter geloven: ze hield er echt niet van om op haar nummer gezet te worden. Zij was juist iemand die anderen op hun nummer zette, niet andersom. ‘Ik ben alleen maar naar jouw kant van de boom gekomen om te kijken hoe het met je gaat, verder is er niks gebeurd, hoor,’ loog ze gladjes. Ze kon hem moeilijk vertellen dat ze met haar hoofd op zijn borst had liggen rusten, anders zou hij helemaal kwaad op haar worden en haar alsnog in haar gezicht slaan. Verder afgaan dan daarnet wilde ze sowieso al niet. Ze keek hem even peinzend aan, om alsnog erover na te denken of ze hem zou vertellen wat er in de tussentijd gebeurd was dat hij sliep, maar ze besloot uiteindelijk om het niet te doen. ‘En nee, ik ben niet meer bewusteloos geweest. Ik heb gewoon gewacht dat je wakker werd.’ Ze keek hem even aan. ‘Natuurlijk heb ik die nog, ik zou hem niet zo snel verliezen als jou,’ snauwde ze.
Zich niet op haar gemak voelend haalde ze de trouwring tevoorschijn. Waarom, van alle kostbare objecten, moesten ze nou weer een trouwring hebben? Waarom net op zulke momenten? Nou ja, hopelijk was ze niet rood geworden of zo, anders zou ze te veel hebben verraden. Met opgetrokken wenkbrauw keek ze hem aan. ‘En hoe weet je zo zeker dat ik jou helft van het geld niet opgebruik?’ zei ze met een brede, plagende grijns. Daarna werd haar blik weer serieus. ‘Nou, als je echt zo nodig naar je vriendinnetje moet gaan, breng ik die ring wel terug,’ zei ze schamper. Ze gokte maar gewoon waar hij heenging, het zou natuurlijk een totale, mislukte gok zijn. Een missie kon het in elk geval niet zijn. Misschien had hij ergens familie rondhangen of een goede vriend die hem momenteel nodig had. Satsuji leek haar wel het type die zich schuldig zou voelen als hij die niet zou bezoeken. Ze keek hem kalm aan. ‘God heeft me nog altijd de kracht gegeven om zelf op te staan,’ snauwde ze hem toe, waarna ze met haar elleboog zichzelf omhoog drukte. Ze keek hem even ongemakkelijk aan, maar probeerde zichzelf een houding te geven. ‘Om tien uur. Ik bewaar het geld,’ beantwoordde ze zijn onzekerheden. Nou ja, het klonk onzeker, vond zij dan toch. Haar ademhaling stokte in haar keel toen ze een hand op haar wang voelde. Haar eerste reflex was om deze weg te slaan, maar ze kon hem alleen maar niet-begrijpend aankijken. De aanraking schoot als een stroomschok door haar binnenste heen, alsof iemand elektriciteit pompte door haar lichaam in plaats van bloed. Haar hart klopte een paar tellen sneller toen zijn gezicht een beetje dichterbij kwam. Haar pupillen verwijdden zich en ze keek vol verbazing toen hij zich naar haar toe boog.
Toen haar lippen contact maakte met die van hem, schoot een gevaarlijk lekker gevoel door haar heen. Haar ogen sloten zich automatisch en ze kuste een seconde terug. Haar armen hingen nutteloos langs haar lichaam. Ze schrok toen hij vloekte en haar terugduwde. ‘Ja, inderdaad ja,’ mompelde ze. ‘Niet je bedoeling? Nou, je hebt het anders wel mooi gedaan! Wat wilde je doen? Me bedanken of zo? Dat had ook met een simpele handdruk gekund,’ zei ze schamper. ‘Ja, doei Satsuji,’ mopperde ze. ‘Stomme zak,’ mompelde ze daarna, waarna ze zich omdraaide. Ze was blij dat ze niet had laten zien hoe blij ze was geweest met zijn kus, wat voor gevoelens het haar had gegeven en hoe graag ze beter terug had willen reageren. Hopelijk had hij niet gevoeld dat ze hem teruggezoend had, anders was ze de klos. Ze keek om zich heen en voelde zich opeens verdrietig. Satsuji had er overduidelijk niet zo van genoten als dat zij had gedaan. Hij had haar weggeduwd, alsof het niks betekende. ‘Just like every other boy,’ mompelde ze, waarna ze haar hoofd schudde en de andere kant opliep. Nu zou ze de trouwring maar eens terug gaan brengen. Satsuji zou ze overmorgen wel weer zien, de zak. Nou ja, ze vond hem natuurlijk geen zak, maar ze wilde niet dat hij een attitude kreeg waarbij hij haar altijd maar kon zoenen als hij daar zin in had. Ze snapte niet eens waarom hij het gedaan had als hij een afschuw voor haar had. Nou ja, over twee dagen was hij het toch wel vergeten. Maar zij, nee, zij zou deze kus voorlopig niet meer vergeten, dat was zeker. You’re in my heart now, Satsuji.
~ Topic uit |
| | | Gesponsorde inhoud
| Onderwerp: Re: Infiltrating the hideout ll | |
| |
| | | | Infiltrating the hideout ll | |
|
Soortgelijke onderwerpen | |
|
Pagina 1 van 1 | |
| Permissies van dit forum: | Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
| |
| |
| |